Instructies en Veiligheidsvoorschriften voor Palidium Accu’s

Palidium accu’s zijn onderhoudsvriendelijke, gesloten lood-zuuraccu’s. Voor een veilig gebruik en een lange levensduur vindt u hieronder de belangrijkste richtlijnen voor montage, onderhoud en laden.

1. Veiligheid eerst

  • Lees altijd eerst de handleiding van het voertuig.
  • Voeg deze veiligheidsinstructies toe aan de voertuighandleiding.
  • EHBO bij accuzuur:
    • In het oog: Direct spoelen met schoon water en een arts raadplegen.
    • Ingeslikt: Onmiddellijk medische hulp inschakelen.
    • Op huid/kleding: Neutraliseer met soda of zeepsop, daarna grondig naspoelen.

2. Montage en Demontage

  • Gebruik alleen goed opgeladen accu’s (≥ 12,5 V).
  • Zet motor en alle elektrische verbruikers uit voor demontage.
  • Volg altijd deze volgorde:
    • Bij demontage: eerst min (-), dan plus (+).
    • Bij montage: eerst plus (+), dan min (-).
  • Reinig accubak en polen, vet polen in met zuurvrij vet.
  • Zorg dat de accu goed is bevestigd met originele materialen.
  • Verwijder beschermdopjes pas bij aansluiting van de nieuwe accu.
  • Zorg dat ventilatieopeningen altijd vrij blijven (ook bij transport van oude accu’s).

3. Extern Laden van de Accu

  • Behandel accupolen met zuurvrij vet tegen corrosie.
  • Controleer bij twijfel of seizoensopslag elke 4–8 weken de accuspanning.
  • Laad bij als spanning onder 12,3 V komt.
  • Vermijd langdurig onderhoudsladen of overladen.
  • Gebruik uitsluitend geschikte gelijkstroomlader.
  • Laad nooit bij temperaturen onder nul of boven 45 °C.
  • Verbind plus met plus en min met min, schakel pas daarna de lader in.
  • Schakel lader uit vóór loskoppelen.
  • Onderbreek de lading bij oververhitting of lekkage.
  • Zorg voor voldoende ventilatie tijdens het laden.

4. Onderhoud

  • Houd het accudeksel schoon en droog.
  • Gebruik een licht vochtige doek of antistatische doek voor reiniging.

5. Starthulp

  • Alleen mogelijk bij gelijke spanning van beide accu’s.
  • Gebruik goedgekeurde startkabels (bijv. ISO 6722).
  • Beide accu’s moeten ongeveer even groot zijn.
  • Volg de handleiding van het voertuig en van de startkabels.
  • Bij modellen met doppen: controleer en vul zo nodig het elektrolytniveau bij tot “max”.